2 oktober 2015 – Hoe denken industriële ontwerpers? Volgens Rietveld was zitten een werkwoord. Zijn stoelen hebben dus een ongemeende actieve zit. Niet zo lekker voor een avondje voor de buis hangen maar natuurlijk wel een statement in je huis. Goed om bezoekers te imponeren. Of gewoon mooi om zelf naar te kijken. Ik vind het idee achter zijn ontwerpen het meest interessant; meubels ontwerpen die makkelijk gemaakt konden worden en zich distantieerden van de zware meubels die tot de jaren 20 (en zelfs 50!) van de vorige eeuw de huiskamers domineerden. Licht, lucht, ruimte waren toen de nieuwe vocabulaire voor het inrichten van een modern huis.

Stoelen zijn een gebruiksvoorwerp die zich in elk huis bevinden. En een onuitputtelijke inspiratiebron voor ontwerpers. Ik weet niet hoeveel mensen zich met het ontwerp van een stoel hebben bezig gehouden nadat iemand zich bij het kampvuur in de grot af vroeg; Kan ik niet iets meer comfortabeler maken dan dit stuk steen om op te zitten? Het moeten er in de geschiedenis vele honderdduizenden zijn geweest. En nog steeds heeft men nieuwe ideeën. Dat is toch ongelofelijk? Bijna net zo ongelofelijk als muzikanten die met dat beperkte scala van noten nog steeds nieuwe combinaties kunnen vinden en daarmee muziek kunnen maken die mensen beroerd.

Maar nog even terug naar de stoelen. De beroemde ontwerper George Nelson zei in 1953 “Ieder echt origineel idee – elke innovatie in design, elke nieuwe toepassing van materialen, elke technische innovatie in meubels – lijkt het best tot uitdrukking te komen in een stoel.”

Ik heb veel stoelen in mijn huis. Te veel eigenlijk. Maar ik kan er geen genoeg van krijgen.

Rietveld heeft ooit gezegd; “Elke ware schepping ( of ze in de vorm van een uitvinding, gebouw, schilderij, dans of muziek verschijnt) verandert het inzicht, de eisen en de behoeften van de tijd en komt in botsing met nog heersende eisen en behoeften uit vorige perioden. Een schepping moet dus de plaats veroveren in plaats van te beantwoorden aan de geldende eisen en de noodzakelijkheid”  Daarmee zette hij de deur open voor ontwerpers om niet uit te gaan van de gevestigde orde maar nieuwe dingen te proberen.  Met wisselend succes natuurlijk, want sommige stoelen zien er mooi uit maar zitten voor geen meter. In elk geval blijft de stoel inspireren en uitdagen.